Friesland is een provincie met een hoge dichtheid aan harmonieorkesten, fanfares en brassbands (HaFaBra verenigingen). De Organisatie van Muziekverenigingen in Fryslân kent 186 leden. Zo’n cijfer roept allerlei vragen op. Klopt het wel? Zijn er meer of minder verenigingen dan vroeger? Daar gaat het nu even niet over. Vandaag sta ik stil bij de vraag waarom men lid wordt van zo’n club. Waarom kiezen mensen ervoor om samen muziek te gaan maken, terwijl ze ook gewoon een avond thuis op de bank kunnen zitten?
Of download de printervriendelijke pdf van dit artikel.
Excelsior (11 keer op de lijst), Crescendo (9 keer), V.I.O.S. Kootsterstille
Bladerend door de indrukwekkende lijst van 186 komt een deel van het antwoord op de waaromvraag vanzelf al naar boven. Excelsior betekent ‘steeds hoger’. V.I.O.S. staat voor ‘Vooruitgang Is Ons Streven’. Dat streven naar vooruitgang is voor veel muzikanten onlosmakelijk verbonden met hun passie. In de laatste Monitor Amateurkunst van het LKCA is amateurkunstenaars gevraagd naar de mate van ambitie. Meer dan de helft van de ondervraagden vindt het leuk om nieuw uitdagend repertoire te leren en wil daar beter in worden.
Ik herken dat wel uit mijn eigen orkest. Dat is een bigband en strikt genomen geen HaFaBra-orkest, maar veel is vergelijkbaar. Elke repetitie probeer ik beter te spelen dan de vorige. Gezamenlijk je best doen om zo mooi mogelijk te spelen is wat ons gaande houdt. ‘Steeds hoger’ spreekt ook uit het diplomasysteem van A tot en met D en het (voor mij onbegrijpelijke) gegeven dat Soli Deo Gloria De Tike tijdens het voorjaarsconcert in de Lawei op 9 maart jongstleden 86,67 punten haalde en Brassband Wirdum maar 86,17.
Ons Genoegen Marssum, Uitspanning door Inspanning Oosternijkerk, Advendo Franeker
Dat meer dan de helft van de amateurkunstenaars beter wil worden, betekent dat een aanzienlijk deel er (ook) andere drijfveren op nahoudt. Je kunt ook muziek maken om simpelweg even niet met je werk bezig te zijn. Na een dag hard werken speel je ’s avonds op je trombone bij Ons Genoegen of Kunst Na Arbeid. Aangenaam Door Vermaak En Nuttig Door Ontspanning zeggen ze bij Advendo.
Looft den Heere Wirdum, Hosanna Harlingen, Ere Zij God Damwâld, Gloria Deï Gerkesklooster
Ik blader verder door de lijst en tel drie Soli Deo Gloria’s in Fryslânen vier keer Halleluja. Muziek hoef je niet altijd voor jezelf te maken. Samen muziek maken voor iemand anders kan natuurlijk ook. De ene vereniging begint de repetitie nog met gebed. Bij een andere club zit het Christelijke alleen nog in de naam.
Eendracht Marrum, Eensgezindheid Tjerkwerd, Concordia Balk
Of maak je muziek voor het groter geheel? Samen kun je muziek maken om nader tot elkaar te komen, eensgezindheid of – muzikaler gezegd – harmonie na te streven. Even los van de historische wortels uit tijden van molens, zeilschepen en strokartonfabrieken; de muziekvereniging als sociale smeerolie van de samenleving is nog altijd actueel. Ben je een tijdje ziek? Dan krijg je een belletje een medemuzikant. Briljant, zo’n systeem. Die sociale functie zal voor lokale overheden een reden zijn om verenigingen te blijven ondersteunen.
Mengelmoesjes van drijfveren
Beter worden? Ontspanning? Ergens bij horen? De derde helft? Wat is nu de drijfveer van die samenspelende amateurmuzikanten? En, is dat eigenlijk wel de muziek zelf? Het is een ingewikkelde vraag, maar ik heb goed nieuws: er is geen enkele noodzaak tot een eenduidig antwoord. Je hoeft niet te kiezen. Zoals je je werk doet omdat je dat leuk vindt én omdat je er geld mee verdient, kunnen verschillende drijfveren naast elkaar bestaan. Ik noemde er in dit verhaal vier. In werkelijkheid bestaan er oneindige mengelmoesjes van drijfveren. Iedereen neemt wekelijks zijn eigen mengelmoesje mee naar de repetitie. En nu komt het: het is de kunst daar oog voor te blijven houden. Wees je bewust van het recept van jouw mengelmoesje en oordeel niet over andermans drijfverenpotpourri. Dan kun je nog heel lang samen blijven blazen in Fryslân, of daarbuiten.
Toegift
De Woudklank, Eendracht, Oranje. Die mooie namen van muziekverenigingen zijn in veel gevallen een soort foto’s uit een ver verleden. Hoe zouden muziekverenigingen heten wanneer ze in 2024 zouden worden opgericht? Hier het resultaat van mijn gedachtenexperiment:
- Muziekvereniging Lobi da Basi Terherne – Brassband met religieuze inslag (Typhoonisme). God is liefde en bovendien een vrouw. Swingende Suri-invloeden en hiphop in kwintolen.
- Staccato Stavoren – Muziekvereniging waar men geen muziekstukken langer dan 30 seconden speelt. Voor op socials natuurlijk.
- Fair Pay Fanfare Beatrix Wolvega – Orkest waar iedereen betaald wordt. Het orkest speelt maximaal één keer per jaar omdat de meeste tijd gaat zitten in het schrijven van subsidieaanvragen bij de verschillende fondsen.
- Brassband de Bazuin(iging) Easterein – Hier hoef je niet naar toe. Je kunt ook gewoon een dvd’tje opzetten.
- D&I Orkest Langezwaag – Dit orkest bestaat uit muzikanten met maximaal één vinkje. Wekelijks wordt er in een wisselende sectie één witte hoogopgeleide man als gastspeler uitgenodigd om te ervaren hoe het voelt om deel uit te maken van een minderheid.
- IJlster Programorkest – Harmonieorkest dat echt anders is dan wat we tot nu toe kenden. Ondertussen rijst de vraag of het niet een gewoon orkest is? Zoals alle voorgaande orkesten? Nee, dat ziet u verkeerd aldus voorzitter P. Omtzigt.
Imre Kruis is drummer, kerndocent Learning & Teaching bij het Prins Claus Conservatorium in Groningen en docent en coördinator educatieve vakken bij het ArtEZ Conservatorium in Zwolle. Hij schrijft dit stukje op persoonlijke titel.
foto: Stageband Jazzorchestra door Marco Kerver